De Zwarte Kost
; in mijne tent, den 3de
e Mee
evens doen lachen. Het is betrekkelijk een zonderling geschenk, dat ik gisteren de
ele dragers naar een dorp uitgezonden geweest, om er, tegen ruiling
s de gewoonte is, musketsalvo en tromgeroffel, en l
komt een slaaf te voorschijn met een beker vol palmwijn, en nadat de oude vuilik er met zijn kwabbige lippen een slok van gedronken heeft, reikt hij mij den beker toe met het verzoek zijn voorbeeld na te volgen, ten teeken van vrede. Ik ben wel genoodzaakt zulks uit beleefdheid te doen, doch gij k
laat begrijpen, dat hij mij ook een geschenk wenscht te geven. Daarover betuig ik hem natuurlijk mijn dank; en, op een nieuw bevel van hem, verschijnt, ik laat u raden wat meester, ik geef u duizendmaal om het te raden,... wel
kerel) verzoekt den blanken reiziger de jong
chap steeg mij naar de wangen; en brutaal, op een toon en met een air die geen twijfel lieten over mijn gev
bedankt; 'k en moe van ouw
eneden hun waardigheid achtten er notitie van te nemen, geen van hen liet eenigen toorn noch verontwaardiging blijken. Alleen toen de jonge negerin, die dadelijk besefte wat er omging, mij met een minachte
op de gewone manier haar de
. Doch ik kwam terstond tot het bewustzijn mijner deftigheid terug, en, om een einde aan dat tevens pijnlijk en walgel
at gij hem geven wilt, doch liever verkreeg hij iets anders
an meewarige spotternij had aangekeken, stemde hij toe in mijn verzoek. Het negerinnet
r u iets op zij te leggen. Als wij te Leopoldville zullen aangekomen zijn zal ik u met de eerste gelegenheid een aantal aar
mand een woord, niet waar? over alles wat ik u in mijn laatste brieven vertrouwelijk heb meegedeeld. Thuis bij moeder, en in Het huis van Commercie moogt ge da
zegd, naar het land van Soera's vader, bij wien Badoe een tijd gaat logeeren,-terug te keeren, en wilt gij eens weten, wat ze gedaan hebben toen zij in het schuitje zaten?
r nu wordt het bepaald onuitstaanbaar. Gelukkig voor mij
uw zuster en gansch v
Né MA