De omwenteling van 1830
in stilte ons genaderd. Deze scherpschutters, over den grond kruipend, hadden zich in
getroffen en lagen te spartelen in hun bloed. Er bleef een oogenblik van onbeschrijfelijke verwarring onder ons; dus verrast, opschietend uit den loodzwaren slaap, duizelig en dwaas, grepen wij het eerste geweer het beste en begonnen tot
de zijde, getroffen en viel neder; de drie gebroeders Grad, Jules, Ange en Lucien, liepen tot dicht bij de Hollandsche schutters en
lederen te schikken, en dan boden wij den vija
opeten,-kreeg eenen kogel op het kruis zijner draagbanden en sloeg met zooveel geweld achterover, dat hij mij bijna omverre wierp. Men wilde hem
ben ik n
grond en duwde hem
hevigheid voortgezet, totdat een andere t
ons bij het dorp Lubbeck in eenen boomgaard, die omringd was met eene dik
ogels over onze hoofden en tusschen onze gelederen huilde. Velen onzer gezellen werden getroffen; b
bataljonsoverste was te paard gezeten en meer dan anderen blootgesteld aan het vijandelijk vuur. Onze officieren wilden hem doen afstijgen; doc
stil, Pietje; het
n afstand van ons, borst los met ontzettend gedonder en stuurde eene wolk schroot op ons af. Gelukkig was he
zouden wij tot den laatsten man vernietigd wo
door het geschut der Hollanders vervolgd en moesten dikwijls onze richting verandere
dering uit over de snelheid, met welke het Hollandsch veldgeschut zic
der onzen stap te bespoedigen. Hier gaf onze bataljonsoverste eene bittere vermaning aan eenen officier, die de twe
Leuven, waar wij nevens de Tiensche poort, uitg
orwachten buiten Leuven aangevallen geweest. Men vertelde ons, dat
de door onze oversten zelven, vruchteloos aan den overmachtigen vijand zouden pogen te weerstaan. Niets is verderfelijker in een leger vóór den vijand, dan de verdenking dat men verraden is; ook werden wij door de
er voorvallen dienen hier eenig
n, om gezamenlijk den vooruitrukkenden vijand eenen beslissenden veldslag aan te bieden. Misverstand in het begrijpen der bevelen, anderen zeggen stijfhoofdigheid vanwege generaal Daine, gaf aanleiding tot eene noodlottige vertraging in het uitvoeren der ontvangene bevelen. Het Maasleger werd door de Hollanders afgesneden en met overmacht aangetast; het verd
ij eene onwaarheid: met de hulptroepen der burgerwacht moest onze macht wel tot de 20,000 man reiken
als kanonnier bij e
bewoog zich het Hollandsche leger; zijne eene helft trok in dikke kolommen en ond
; en gedurende langen tijd galmde het gedonder van
iende, dat slechts de kanonnen tot den strijd werden gebezigd, legden de meesten zich weder met het hoofd op hunnen ransel en sluimerden even vast i
g de kleederen van zijn ambt en had den tikkenhaan op het hoofd. Allen, die niet sliepen, bewonderden den pastoor, die aan de stukken zwoegde en arbeidde, als hadde hij zijn gansche leven dezen dienst gedaan. Een angstschreeuw ontvloog ons, toen wij in de nabi
ook nog bij den eersten blik doet eerbiedigen en beminnen door alwie hem nadert. Zijne tegenwoordigheid bracht moed en vertrouwen in aller harten; de hoop
steenweg naar Mechelen, stand genomen. Van deze hoogte konden zij de stad Leuven tot puin schieten. Daarenboven had
den Koning aan het hoofd den IJzerberg stormenderhand gingen beklimmen, om kost wat kost, den vijand uit dezen dreigenden stand weg te slaan; dat wij als voorwachtbrigade aa
onder luid gejubel; doch men beval ons het
e Mechelsche poort uit, tot aan den voet van de
n Diepenbeek door eenen kog
jl van den vurigsten marsch, tamelijk verward op de vlakke hoogte. Onvoorziens vielen wij tegen eene machtige batterij kanonnen, die op ons losdonderde en velen onzer makkers ter neder wierp. Deze schrik
e heer Dardespinne, deed den gewonde op zijn eigen paard zetten om hem uit den slag te voeren. De arme Honoré deed nog
en weken terug naar het midden huns legers. Zij gaven aldus aan het Belgische leger tijd en plaats om zijne regimenten te ontplooien; en, toen onze stormloop tegen de dikst
, Bilocq genaamd, door eenen kogel
chts tegen de ruiters aanviel, die den oppergeneraal des vijands, Prins van Saksen-Weimar, omringden. De Belgische sergeant richtte reeds zijne bajonet tot den prins en meende hem te doorsteken; doch de ruiters vielen in macht op
s dan de duizenden geweerschoten, die zich tot een aanhoudend geknal vermengden, de ontzaglijke stem der kanonnen, die den IJzerberg onder onze voeten deden sidderen, het gefluit der kogels, het gehuil der ballen en bijw
h langs de zijden des vijands uit te spreiden en
wij volgens krijgsgebruik over eene lange uitgestrektheid gronds verdeeld, de
t wij wel de Hollanders, onze vijanden, op de helling van den berg zagen
eg, die wel tien voet diepte had; en, alhoewel wij zeer van den vi
der kanonnen aanhoudend boven de strijders galmde en
ngskreet: "de ruiterij! la cavalerie! la cavalerie!" En inderdaad, wij zagen
de boeren hadden gesleten, was het er echter geheel anders mede gesteld. Het gezicht van die groote mannen, op groote paarden gezeten en met bliksemende zwaarden in de hand, boezemde ons zoo niet vrees dan t
s in eene lange reeks; en, als hadde elk eenen scherpschutter tot slachto
en van dan af hield ik mijnen blik met zooveel vastheid op de twee vijanden gericht, die ons sch
en afschoot zonder er een' te raken; ik meende nog te laden, doch ik liet de kardoes uit
arschijnlijk om mijnen kameraad aan te vallen. Mij dacht,
ij hardnekkiglijk te verdedigen. De overtuiging, dat ik sterven ging, on
overgeven zou; doch ik bleef met den verslindenden blik van den doodsangst
n ter zijde onder bereik van zijn zwaard te krijgen; want, ofschoon dit alles ongeloofelijk snel geschiedde, zwenkte mijn v
zwaard te ontwijken, voelde ik, dat een felle slag mij trof, en ik in eene diepte tuimelde, die voor mijn
oerloos op den rug liggen; evenwel, het bewustzijn keerde onmiddellijk in mij terug. Ik opende de oogen en zag verbaas
doch mijn linkervoet, wanneer ik hem opheffen wilde, ontrukte mij eenen schreeuw der p
den IJzerberg hadden beklommen, was de veldslag verloren en het grootste gedeelte onz
anonnen, karren en wagens bij honderden; de voerlieden er van sloegen op de paarden met
illerie uit Leuven komen aangerend, bestaande uit acht stukken van twaalf pond ijzer. Geen ander overste dan een sergeant scheen over de batterij te bevelen; en dewijl Lemaigre hem persoonlijk
andde al zijne stukken los; eene wolk schroot drong in de rangen des vijands, en er deed z
elijke pijn achterna, tot op eenigen afstand, waar ik over ee
iment der Belgen bezweken, en nu
mond de schreeuw: "Armistice! ar
n zij er toch geen gehoor aan; misschien omdat nog uit de v
hen te beraadslagen, en reed welhaast met zijn geleide naar Leuven op, in de richting van het vijandelijk leger. Ik had het gelaat
en: er was inderdaad een wapenstilstand gesloten, waarvan de mogelijkheid en
Frankrijk was gelast, desnoods met geweld de uitvoering van den wil der Conferentie te verzekeren. Met dit inzicht was er sedert lang een Fransch leger van 50,000 man op onze Zuidergrenzen vergaderd. Bij het vernemen der tijding van het ve
Saksen-Weimar begrijpen, dat, indien er nog één kanonsbal geschoten werd, het Fransche leger in naam der Mogendheden, hun eenen nieuwen veldslag zou komen aanbieden, waarin de Hollanders ontwijfelbaar zouden bezwijken. Een Engelsch zaakgelastigde, dien wij dien dag meermaals met onzen Koning ge
elk in een
was zeer gezwollen; ik had mijnen schoen in stukken gesneden, om hem te kunnen uitdoen, en ik sukkelde nu onder h
en open fourgon voorbijreed, waarin nog eenige gekwetste soldaten zich bevonden. Men vroeg mij,
nen uitgestrekt lagen en sliepen. Ik bleef in den fourgon tot den morgen, als wanneer ik met behulp van eenen kameraad mij naar de Antwerpsche poort begaf, wa
et vertrek gereed; eenige gekwetsten, waaron
r teruggehouden, en er werd bevel gegeven om
acht, was slechts voorloopig ingeric
lekkernijen en zelfs geld gaven. Een heelmeester verbond mijnen voet..... en, alhoewel mijne pijn nog
spoedige beternis, eene week later kon ik reeds de infirmerie verlaten, om